Update
Geachte heer/mevrouw,
Bijgaand treft u een nieuwe SR Update aan. Klik hier om de pdf vanaf de website te downloaden.
Rechtspraak
De afgelopen weken is een aantal zaken verschenen waarop ik u graag wijs:
Overwegingen omtrent aanmerkelijke kans (SR 2018-0218)
De verdediging klaagt namens de verdachte, ten aanzien van wie onvoldoende zorg dragen voor een onder zijn hoede staand gevaarlijk dier, meermalen gepleegd en het opzettelijk en wederrechtelijk een dier dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, beschadigen, is bewezenverklaard, over de motivering van het opzettelijk en wederrechtelijk beschadigen van een dier dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort en over het oordeel van het hof dat de in de tenlastelegging vermelde honden, type American Staffordshire, kunnen worden aangemerkt als gevaarlijke dieren als bedoeld in artikel 425 aanhef en onder 2º Sr.
Lees hier verder.
Aanhoudingsverzoek niet gemachtigde raadsman met oog op verkrijgen machtiging (SR 2018-0219)
De verdediging klaagt namens verdachte, ten aanzien van wie diefstal in vereniging is bewezenverklaard, dat het hof ten onrechte, althans onvoldoende gemotiveerd, het verzoek van de niet op de voet van artikel 279 Sv gemachtigde raadsman tot aanhouding van de behandeling van de zaak ten behoeve van het alsnog verkrijgen van zo een machtiging, heeft afgewezen. Het proces-verbaal van de zitting houdt in dat de voorzitter op het onderzoekt ter terechtzitting heeft medegedeeld dat heden bij het hof een brief is binnengekomen die door de raadsman van de verdachte is gemaild, inhoudende de mededeling dat de raadsman niet ter terechtzitting zal verschijnen, omdat hij de verdachte niet heeft kunnen bereiken en dat hij niet weet of hij door de verdachte gemachtigd is om namens hem de verdediging te voeren. De raadsman verzoekt in de brief tevens om aanhouding van de zaak teneinde te onderzoeken of hij door de verdachte alsnog gemachtigd wordt.
Lees hier verder.
Ontnemingsvordering: hoofdelijke verplichting tot betaling? (SR 2018-0221)
De verdediging klaagt namens belanghebbende, aan wie een verplichting tot betaling van ruim vijfentwintigduizend euro aan de Staat is opgelegd, over het oordeel van het hof om aan de betrokkene ter ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel de hoofdelijke verplichting op te leggen tot betaling aan de Staat van € 25.379,20. Het hof heeft daartoe overwogen dat uit het dossier en het verhandelde ter terechtzitting gebleken is dat veroordeelde en haar (toenmalige) echtgenoot, de hennepkwekerij opzettelijk samen aanwezig hebben gehad en dat die kwekerij door haar toenmalige echtgenoot werd onderhouden. Het hof kan zich in de kern vinden in de overweging van de rechtbank dat hoofdelijke verdeling een redelijke beslissing is.
Lees hier verder.
Annotatie
‘Slordigheid troef. In deze zaak ontbrak – weer – de pleitnota. Het gebeurt in de praktijk vaak dat in het vonnis of arrest (ongetwijfeld te goeder trouw en in blijde verwachting) verwezen wordt naar een bijlage, die niet blijkt te zijn aangehecht. Of, dat de pleitnota in het geheel wordt genegeerd dan wel zich eenvoudigweg niet bij de stukken bevindt. Zo ook in deze zaak: de ter terechtzitting in hoger beroep door de raadsvrouwe overgelegde pleitnota ontbreekt bij de aan de Hoge Raad gezonden stukken…’ zo begint de recent geplaatste annotatie van H. de Doelder bij ECLI:NL:HR:2018:556, SR 2018-0175, waar ik u graag op attendeer.
Inzenden rechtspraak
Steeds vaker ontvangen wij van abonnees unieke rechtspraak. Dank daarvoor! Beschikt u ook over nog niet gepubliceerde rechtspraak, klik dan hier om uw uitspraak in te zenden.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar sr-updates@budh.nl.
Veel leesplezier.
Met vriendelijke groet,
J.H.J. Verbaan
Hoofdredacteur SR Updates
Hoge Raad
- Hoge Raad American Staffordshire ‘gevaarlijk dier’ als bedoeld in artikel 425 Sr? Hoge Raad geeft een beschouwing omtrent de thans gebruikelijke maatstaf van voorwaardelijk opzet. 29-05-2018
- Hoge Raad De afwijzing van het hof van het verzoek tot aanhouding van de behandeling van de zaak is ontoereikend gemotiveerd. 29-05-2018
- Hoge Raad Het oordeel van het hof dat de betalingsverplichting hoofdelijk moet worden opgelegd is niet toereikend gemotiveerd. 29-05-2018
- Hoge Raad Betekening vordering officier van justitie ex artikel 18 lid 1 WOTS terecht aangemerkt als aanvangsdatum, nu vordering ruim zestien maanden na ontvangst Duits verzoek is ingediend? 15-05-2018