Update
Geachte heer/mevrouw,
Bijgaand treft u een nieuwe SR Update aan. Klik hier om de pdf vanaf de website te downloaden.
Rechtspraak
De afgelopen weken is een aantal zaken verschenen waarop ik u graag wijs:
Groepsbelediging moslims door uitlatingen niet-politicus (SR 2018-0150)
De advocaat-generaal klaagt namens het Openbaar Ministerie in een zaak tegen een verdachte, die is vrijgesproken van de hem ten laste gelegde groepsbelediging, over het oordeel van het hof dat geen sprake is van beledigende uitlatingen in de zin van artikel 137c lid 1 Sr. Het hof heeft ten aanzien van het verweer overwogen dat primair impliciet ten laste is gelegd dat de verdachte met de uitlating ‘En zoals iedereen weet zijn Arabieren fervent kontenbonkers. En ze neuken kleine jongetjes. Dat is heel normaal in hun cultuur’ opzettelijk Arabieren wegens hun ras heeft beledigd. Het hof acht de belediging voor wat betreft de zinsnede ‘Arabieren wegens hun ras’ niet bewezen. Hoewel zich een andersluidende conclusie kan opdringen wanneer deze passage op zichzelf wordt beschouwd, komt uit de fragmenten en de door de verdachte tegenover de politie afgelegde verklaring onmiskenbaar naar voren dat de verdachte zich richtte tot personen van niet-westerse komaf (Arabieren) die de islam belijden. Het hof gaat daarmee voorbij aan de stelling van de advocaat-generaal dat de verdachte, indien hij in plaats van ‘Arabieren’ ‘moslims’ zou hebben bedoeld, simpelweg die laatste term had kunnen bezigen.
Lees hier verder.
Strafbare belediging raadslid door een ander raadslid (SR 2018-0151)
De verdediging klaagt namens verdachte, ten aanzien van wie belediging is bewezenverklaard, dat het hof het beroep van de verdachte op onder meer het in artikel 10 EVRM gegarandeerde recht op vrijheid van meningsuiting onvoldoende gemotiveerd heeft verworpen. Het hof heeft ten aanzien van de bewezenverklaring overwogen dat een raadsvergadering van de gemeente Zoetermeer heeft plaatsgevonden, waarbij moest worden besloten over het al dan niet stichten van een bijzondere islamitische basisschool in Zoetermeer. Het College stelde voor om niet akkoord te gaan met het voornemen deze school te stichten. Dit voorstel werd gesteund door de aangever. De aangever heeft tijdens het debat het woord gevoerd en heeft hierbij verklaard dat zijn fractie vindt dat dit soort scholen niet bijdragen aan de integratie van burgers in de Nederlandse samenleving, het alleen maar anti-integratie is en dat zijn fractie daarop tegen is en derhalve voor het voorstel van het College zal stemmen. Op de vraag van de verdachte, of aangever doelde op scholen op religieuze grondslag in het algemeen of op scholen op islamitische grondslag in het bijzonder, heeft aangever geantwoord dat hij doelde op het laatste. Verdachte heeft toen gezegd dat aangever discriminatoir bezig was. Verdachte heeft vervolgens, tijdens de raadsvergadering (om 00.05 uur) de woorden ‘de racist @aangever’ en ‘de racist aangever’ op Twitter geplaatst. Kort hierna heeft de verdachte de woorden ‘Dus in het kader van problemen benoemen benoemde ik het probleem: discriminatie van een complete geloofsgemeenschap door de racist aangever’ op zijn Facebook-account geplaatst. Verdachte heeft aldus, naar eigen zeggen, zijn politieke frustratie op dat moment geuit. Ter terechtzitting heeft de verdachte verklaard dat hij van mening was dat aangever door zijn uitlatingen tijdens het debat discrimineerde, waarbij een persoon die discrimineert door verdachte wordt omschreven als een racist. De aangever voelt zich beledigd door juist deze term ‘racist’.
Lees hier verder.
Medeplegen winkeldiefstal (SR 2018-0152)
De advocaat-generaal klaagt namens het Openbaar Ministerie over de vrijspraak van een verdachte, ten aanzien van wie medeplegen winkeldiefstal was ten laste gelegd, over de maatstaf die het hof heeft aangelegd bij de beoordeling van het verzoek tot het horen van de verbalisant, die ter terechtzitting was verschenen, althans over de begrijpelijkheid van de motivering van die beslissing. Het hof heeft ten aanzien van het verzoek van de advocaat-generaal om de ter zitting aanwezige getuige te horen, bij monde van de oudste raadsheer medegedeeld dat het verzoek de getuige te horen in voorwaardelijke zin is gedaan. Het hof wilde de beelden zien en, alleen ingeval de beelden niet meer beschikbaar zouden zijn, de getuige horen.
Lees hier verder.
Annotatie
‘In de onderhavige zaak is door het hof bewezenverklaard dat verdachte zich heeft schuldig gemaakt aan witwassen door op Schiphol tijdens zijn uitreis naar Panama € 44.000 aan contant geld voorhanden te hebben. Het belang van de zaak schuilt echter veeleer in de formeelrechtelijke kant daarvan, nu de vraag aan de orde was of de verklaring van de verdachte zoals afgelegd ten overstaan van de douaneambtenaren al dan niet voor het bewijs kon worden gebezigd nu hem voorafgaand aan het afleggen daarvan de cautie niet was verleend …’ zo begint de recent geplaatste annotatie van J.H. Crijns bij ECLI:NL:HR:2018:247, SR 2018-0101, waar ik u graag op attendeer.
Inzenden rechtspraak
Steeds vaker ontvangen wij van abonnees unieke rechtspraak. Dank daarvoor! Beschikt u ook over nog niet gepubliceerde rechtspraak, klik dan hier om uw uitspraak in te zenden.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar sr-updates@budh.nl.
Veel leesplezier.
Met vriendelijke groet,
J.H.J. Verbaan
Hoofdredacteur SR Updates
Hoge Raad
- Hoge Raad Kunnen de uitlatingen van de politicus als onnodig grievend worden aangemerkt in de zin van artikel 266 Sr? 10-04-2018
- Hoge Raad Zijn de uitlatingen van de niet-politicus onnodig grievend in de zin van artikel 137c Sr? 10-04-2018
- Hoge Raad Slagende klacht omtrent de afwijzing van het verzoek tot het horen van de verbalisant als getuige die ter terechtzitting was verschenen. 10-04-2018