Update
Geachte heer/mevrouw,
Bijgaand treft u een nieuwe SR Update aan. Klik hier om de pdf vanaf de website te downloaden.
Rechtspraak
De afgelopen weken is een aantal zaken verschenen waarop ik u graag wijs:
Uitdrukkelijke onderbouwd standpunt omtrent betrouwbaarheid getuige (SR 2015-0332)
De verdediging klaagt namens verdachte, ten aanzien van wie onder meer opzettelijk gebruik van een vals geschrift en flessentrekkerij is bewezenverklaard, dat het hof in strijd met artikel 359 lid 2 tweede volzin Sv heeft verzuimd redenen op te geven waarom het is afgeweken van een door de verdediging naar voor gebracht uitdrukkelijk onderbouwd standpunt inzake betrouwbaarheid van de belastende verklaring van getuige. De raadsman van verdachte voert bij het hof een uitgebreid betoog. Dat sluit hij af met de overweging dat hij op basis daarvan tot de conclusie komt dat de door de rechtbank in eerste aanleg gebezigde bewijsmiddelen, het onderbouwde standpunt van de verdediging dat het niet cliënt is geweest die gebruik heeft gemaakt van allerlei valse geschriften, maar dat dat één van de getuigen is geweest, al dan niet in vereniging met anderen, niet weerleggen. De raadsman handhaaft in hoger beroep onverkort zijn standpunt dat zijn cliënt van het eerste feit moet worden vrijgesproken. De Hoge Raad overweegt dat het betoog over de betrouwbaarheid van de verklaringen van getuige bezwaarlijk anders kan worden verstaan dan als een standpunt dat duidelijk, door argumenten geschraagd en voorzien van een ondubbelzinnige conclusie ten overstaan van het hof naar voren is gebracht, dat het hof in zijn arrest van dit uitdrukkelijk onderbouwde standpunt is afgeweken door de verklaringen van getuige voor het bewijs te bezigen en dat het hof echter, in strijd met art. 359 lid 2 tweede volzin Sv, niet in het bijzonder de redenen heeft opgegeven die tot die afwijking van het uitdrukkelijk onderbouwde standpunt hebben geleid. De Hoge Raad oordeelt dat het verzuim nietigheid tot gevolg heeft.
Slagende bewijsklacht steunfraude (SR 2015-0333)
De verdediging klaagt namens verdachte, ten aanzien van wie steunfraude is bewezenverklaard, dat het hof het bewezenverklaarde opzettelijk voordeel trekken uit steunfraude niet uit de bewijsmiddelen kan afleiden. Het hof heeft het vonnis in eerste aanleg bevestigd en die bewezenverklaring steunde op een ambtsedig proces-verbaal van de gemeente Utrecht, opgemaakt door een buitengewoon opsporingsambtenaar, houdend een overzichtslijst van de inbeslaggenomen goederen, ambtsedige processen-verbaal, opgemaakt door buitengewone opsporingsambtenaren, houdende verklaringen van betrokkene en ambtsedige processen-verbaal, opgemaakt door buitengewone opsporingsambtenaren, houdende verklaringen van verdachte. De Hoge Raad overweegt dat uit de inhoud van de gebezigde bewijsmiddelen niet kan volgen dat de verdachte ‘opzettelijk’ voordeel heeft getrokken uit door misdrijf verkregen geld. Uit de bewijsmiddelen kan wel worden afgeleid dat de verdachte en betrokkene in de tenlastegelegde periode feitelijk samenwoonden, dat de verdachte wist dat betrokkene een uitkering genoot en dat de verdachte gebruikmaakte van geld van betrokkene dat werd besteed aan het huishouden. De Hoge Raad oordeelt dat uit de bewijsmiddelen niet zonder meer volgt dat de verdachte wist dat betrokkene niet had voldaan aan de inlichtingenverplichtingen uit hoofde van de Wet werk en bijstand en dat daaruit zonder nadere overweging evenmin volgt dat zij ‘opzettelijk’ voordeel heeft getrokken uit hetgeen werd aangeschaft met door misdrijf verkregen geld.
SR Updates Talk | Weinig tijd maar toch up to date blijven?
SR Talk biedt u de unieke gelegenheid om per kwartaal online te worden bijgepraat over de laatste ontwikkelingen op het gebied van het straf(proces)recht. Graag wijs ik u op de SR Talk-sessie donderdag 3 december 2015, waarin de actuele jurisprudentie wordt besproken.
Meer informatie en inschrijven
Inzenden rechtspraak
Steeds vaker ontvangen wij van abonnees unieke rechtspraak. Dank daarvoor! Beschikt u ook over nog niet gepubliceerde rechtspraak, klik dan hier om uw uitspraak in te zenden.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar
sr-updates@budh.nl.
Veel leesplezier.
Met vriendelijke groet,
J.H.J. Verbaan
Hoofdredacteur SR Updates
Hoge Raad
- Hoge Raad Het hof heeft in strijd met artikel 359 lid 2 Sv niet in het bijzonder de redenen opgegeven die hebben geleid tot afwijking van het uitdrukkelijk onderbouwd standpunt. 01-09-2015
- Hoge Raad Falende klacht over het niet naleven van het in artikel 51 tweede volzin Sv vervatte voorschrift en over uitleg begrip ‘hulpeloze toestand’ als bedoeld in artikel 7 lid 1 sub b WVW 1994. Slagende klacht over toegekende vergoeding aan benadeelde partij. 01-09-2015
- Hoge Raad De vordering van de benadeelde partij hoeft niet in mindering gebracht te worden bij de bepaling van het bedrag waarop het wederrechtelijk verkregen voordeel moet worden geschat, nu de vordering van de benadeelde partij ziet op schade die deze heeft geleden als gevolg van het bewezenverklaarde feit waar de ontnemingsvordering niet op steunt. 01-09-2015
- Hoge Raad De Hoge Raad verklaart de aanvraag tot herziening gegrond en spreekt de verdachte om doelmatigheidsredenen zelf vrij. 01-09-2015
- Hoge Raad Uit de inhoud van de gebezigde bewijsmiddelen kan niet volgen dat de verdachte ‘opzettelijk’ voordeel heeft getrokken uit door misdrijf verkregen geld. 01-09-2015
- Hoge Raad De opvatting dat ingeval een verdachte ter zake van een (identiek) feitencomplex vervolgd zou worden voor zowel (schuld)heling als (schuld)witwassen, het OM – op straffe van niet-ontvankelijkheid in de vervolging – gehouden is bij het opstellen van de tenlastelegging een keuze te maken tussen die heling en dat witwassen, is onjuist. 01-09-2015
- Hoge Raad Het hof heeft ten onrechte volstaan met een opsomming van de bewijsmiddelen als bedoeld in artikel 359 lid 3 Sv. 01-09-2015
- Hoge Raad De partiële verjaring van het meer subsidiair tenlastegelegde leidt niet tot ambtshalve vernietiging van de bestreden uitspraak, nu verdachte daarbij onvoldoende belang heeft. 01-09-2015
- Hoge Raad De bewijsklachten ten aanzien van het medeplegen van het vervoeren van cocaïne en heroïne falen. De bewijsklacht ten aanzien van het medeplegen van het verkopen slaagt wel. 01-09-2015
- Hoge Raad Het ten onrechte volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen behoeft niet tot cassatie te leiden, nu verdachte daarbij onvoldoende belang heeft. 01-09-2015