Update
Geachte heer/mevrouw,
Rechtspraak
De afgelopen weken is een aantal zaken verschenen waarop ik u graag wijs.
Opzetheling (SR 2014-0222)
De verdediging klaagt namens verdachte, ten aanzien van wie opzetheling bewezen is verklaard, dat het hof uit de bewijsmiddelen niet kon afleiden dat de verdachte wist dat de in de bewezenverklaring genoemde auto (Land Rover) een door misdrijf verkregen goed betrof, omdat uit het enkele feit dat hij in het bezit was van de auto niet volgt dat hij wist dat het een door misdrijf verkregen goed betrof. Het hof steunt die bewezenverklaring onder meer op het proces-verbaal houdende de verklaring van een getuige, een proces-verbaal houdende de uitwerking van camerabeelden, een proces-verbaal houdende de verklaring van de aangever over de herkenning van de verdachte, een proces-verbaal houdende verklaringen van opsporingsambtenaren. Het hof heeft geoordeeld dat het verweer strekkende tot vrijspraak door de gebezigde bewijsmiddelen wordt weerlegd en geen reden heeft om te twijfelen aan de juistheid van de bewijsmiddelen. De Hoge Raad oordeelt dat het oordeel van het hof zonder nadere motivering niet onbegrijpelijk is, gelet op de vaststelling dat de verdachte ‘zijn’ auto, voorzien van valse kentekenplaten, bij de dealer achterliet zonder hem weer op te komen halen, waaruit hof kennelijk heeft afgeleid dat het onwaarschijnlijk moet worden geacht dat verdachte niet wist dat die auto van een misdrijf afkomstig was, in aanmerking genomen dat verdachte geen feiten en omstandigheden naar voren heeft gebracht waaruit het tegendeel zou kunnen blijken.
Rechtmatige fouillering (SR 2014-0223)
De verdediging bepleit namens verdachte, ten aanzien van wie cocaïnebezit en witwassen is bewezenverklaard, dat het hof het verweer tot bewijsuitsluiting ten onrechte, althans onvoldoende gemotiveerd heeft verworpen. Volgens de verdediging is de fouillering van de verdachte onrechtmatig geweest, omdat het koffiehuis, waar verdachte werd gefouilleerd, een besloten lokaal betreft, althans niet als een voor publiek openstaand gebouw is te beschouwen. Dat geldt temeer voor de ‘kleine, afzonderlijke ruimte’ waar verdachte is aangetroffen. Het hof heeft geoordeeld dat het, in een door de gemeente aangewezen veiligheidsrisicogebied gelegen, Turkse koffiehuis als een voor het publiek openstaand gebouw, in de zin van artikel 151b Gemeentewet, moet worden beschouwd, nu het publiek hier vrij toegang toe heeft. De Hoge Raad oordeelt dat dit geen blijk geeft van een onjuiste opvatting en evenmin onbegrijpelijk is.
Uitdrukkelijk onderbouwd standpunt (SR 2014-0224)
De klacht van de verdediging is gericht op het verzuim van het hof om in het bijzonder redenen op te geven waarom het is afgeweken van een door de verdediging naar voren gebracht uitdrukkelijk onderbouwd standpunt inzake de betrouwbaarheid van belastende verklaringen van de getuige. De verdediging heeft de onderbouwing van de onbetrouwbaarheid van de getuige in de pleitnota opgenomen onder het opschrift ‘onbetrouwbaarheid getuige’ en bepleit daarin vrijspraak van de verdachte voor mishandeling, omdat de getuigenverklaring dient te worden uitgesloten van het bewijs, omdat - kort gezegd - de verklaring van getuige weinig objectieve gegevens bevat, geen consistentie vertoont met eigen eerdere afgelegde verklaring en geen consistentie vertoont met verklaringen van andere getuigen alsmede dat de plausibiliteit van de inhoud van de verklaring gezien het tijdstip van afleggen, drie en een halve maand na het incident, wordt betwijfeld. Het hof is van het standpunt afgeweken door het te gebruiken voor het bewijs. De Hoge Raad oordeelt dat het niet in het bijzonder redenen opgeven die daartoe hebben geleid, een verzuim oplevert.
SR Talk Sessie
Graag wijs ik u op de SR-Talk sessie van donderdag 5 juni 2014, waarin de actuele jurisprudentie wordt besproken. Klik hier voor meer informatie.
Weinig tijd maar toch up to date blijven?
Volg de online jurisprudentiebespreking Strafrecht, inclusief PO-punten. In één uur tijd en op hoog niveau wordt u door prof. Paul Mevis, dr. Joost Nan of mr. Joost Verbaan bijgepraat over de laatste ontwikkelingen binnen het strafrecht. U kunt daarbij denken aan jurisprudentie, wetsvoorstellen of belangwekkende tijdschriftartikelen.
Data: 5-6, 3-7, 4-9, 30-10, 11-12
Tijd: 17:00 tot 18:00 uur
Kosten: € 69 excl. btw per sessie (1 PO-punt)
Meer informatie en inschrijven: www.lawatweb.nl
Inzenden rechtspraak
Steeds vaker ontvangen wij van abonnees unieke rechtspraak. Dank daarvoor! Beschikt u ook over nog niet gepubliceerde rechtspraak, klik dan hier om uw uitspraak in te zenden.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar sr-updates@budh.nl.
Veel leesplezier.
Met vriendelijke groet,
J.H.J. Verbaan
Hoofdredacteur SR Updates
Hoge Raad
- Hoge Raad Verkrachting. De Hoge Raad heeft in een eerdere uitspraak beslist dat een afgedwongen tongzoen niet meer als verkrachting kan worden gezien. Het hof heeft de bewezenverklaring daarom onterecht als verkrachting gekwalificeerd. 13-05-2014
- Hoge Raad Niet-ontvankelijkverklaring in hoger beroep. Uit het proces-verbaal van de terechtzitting in hoger beroep blijkt dat een gemachtigde raadsvrouw op die terechtzitting is verschenen en het aldaar verhandelde bezwaarlijk anders kan worden verstaan dan dat aan de verlening van de volmacht de wens van de verdachte ten grondslag lag om (op rechtsgeldige wijze) hoger beroep te doen instellen. Het middel komt hier terecht tegen op. 13-05-2014
- Hoge Raad Falende bewijsklacht. Conclusie A-G contrair. Het oordeel van het hof dat de politieambtenaren bij de ontruiming van het pand ‘ter uitvoering van enig wettelijk voorschrift’ handelden is juist, gezien het feit dat dit gebeurde op grond van een machtiging ex artikel 444 Rv. Ook de strafoplegging is niet onbegrijpelijk en ontoereikend gemotiveerd. De A-G verwijst in zijn conclusie naar HR 25 maart 2008, ECLI:NL:HR:2008:BC4274. Het hof heeft rekening gehouden met een feit gepleegd na de in de onderhavige strafzaak bewezenverklaarde feiten en daarom lijkt cassatie onontkoombaar gelet op voorgenoemd arrest. 13-05-2014
- Hoge Raad Niet-ontvankelijke betrokkene in hoger beroep. Tegen de op tegenspraak gewezen einduitspraak diende binnen 14 dagen na die uitspraak een rechtsmiddel te worden ingesteld, omdat in eerste aanleg een gemachtigde raadsman aanwezig was ten tijde van de uitspraak. 13-05-2014
- Hoge Raad Rechtmatige fouillering. Het hof heeft geoordeeld dat het Turkse koffiehuis, waarin de verdachte werd gefouilleerd, moet worden beschouwd als een voor het publiek openstaand gebouw in de zin van artikel 151b lid 1 Gemeentewet, omdat het publiek vrije toegang heeft. Het hof heeft dit toereikend gemotiveerd. 13-05-2014
- Hoge Raad Kwalificatie verduistering in dienstbetrekking. Er dient te worden aangenomen dat het hof in de voor de bewezenverklaring gebruikte tekst bij vergissing de woorden ‘met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen’ en de woorden ‘als chauffeur onder zich had’ niet heeft doorgehaald. De Hoge Raad leest de bewezenverklaring in die zin verbeterd. 13-05-2014
- Hoge Raad Opzetheling. Verdachte heeft ‘zijn auto’, voorzien van valse kentekenplaten, bij de dealer achtergelaten zonder deze weer te komen ophalen. Het hof heeft hieruit afgeleid dat het dermate onwaarschijnlijk is dat de verdachte niet wist dat die auto van een misdrijf afkomstig was. Volgens de Hoge Raad is dit oordeel niet onbegrijpelijk gemotiveerd. Echter, volgens de A-G kan uit het enkele feit dat de verdachte in het bezit was van de auto niet volgen dat hij wist dat deze door een misdrijf verkregen was. 13-05-2014
- Hoge Raad Falende bewijsklacht. Het hof heeft geoordeeld dat de politieambtenaren bij de ontruiming van het pand handelden ‘ter uitvoering van enig wettelijk voorschrift’. Dit oordeel is juist gezien het feit dat zij handelden ex artikel 444 Rv. 13-05-2014
- Hoge Raad Uitdrukkelijk onderbouwd standpunt. Het hof heeft in zijn arrest niet de bijzondere redenen opgegeven waarom de verklaring van de getuige voor het bewijs is gebruikt. Dit verzuim heeft nietigheid tot gevolg krachtens artikel 359 lid 2 Sv. 13-05-2014