Update
Onvoldoende motivering van het gebruik van anonieme verklaringen bij de bewezenverklaring van de heling van kostuums en/of trouwjurken (SR 2013-0270)
Het hof heeft het gebruik van een anonieme verklaring voor de bewezenverklaring van het in vereniging met een ander helen van een groot aantal bruidsjurken en andere jurken en kostuums in de periode van 28 februari tot 17 maart 2009 te Amsterdam onvoldoende gemotiveerd. Dat geldt in die zin dat het Hof heeft verzuimd bij één van de verklaringen die voor het bewijs gebezigd zijn, de reden voor toekenning van beperkte anonimiteit te doen blijken en te doen blijken dat toekenning van die beperkte anonimiteit geen afbreuk heeft gedaan aan het ondervragingsrecht van de verdediging.
Vaststelling wederrechtelijk verkregen voordeel aan de hand van het voordeel dat is verkregen uit de productie van MDMA/XTC op een andere locatie geeft geen bewijs dat het betrokkene is geweest die dat wederrechtelijk verkregen voordeel heeft genoten (SR 2013-0271)
Verdachte is veroordeeld voor het medeplegen van het opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder b Opiumwet gegeven verbod. Bij de vaststelling van het wederrechtelijk verkregen voordeel wordt ervan uitgegaan dat op locatie X een soortgelijk productieproces heeft plaatsgevonden als op locatie Y. Het Hof is, nu niet exact vast is komen te staan hoeveel door veroordeelde in de onderzoeksperiode is gefabriceerd en afgezet dan ook voor de locatie Y uitgegaan van een gelijke hoeveelheid vervaardigde XTC-tabletten en daarmee eenzelfde bedrag aan wederrechtelijk verkregen voordeel als voor de locatie X is berekend: € 255.225.
Aan die bewijsvoering kan niet worden ontleend dat het de betrokkene is geweest die het (mede) door het Hof geschatte bedrag aan wederrechtelijk verkregen voordeel heeft genoten.
Niet ondertekenen proces-verbaal van de terechtzitting behoeft, zoals bepaald in ECLI:NL:HR:2012:BW3692 niet in alle gevallen tot nietigheid te leiden (SR 2013-0272)
Het bij verstek blijkens de aantekening mondeling gewezen arrest houdt slechts de beslissing van de raadsheer die over de zaak heeft geoordeeld in dat de verdachte op grond van artikel 416 lid 2 Sv niet-ontvankelijk wordt verklaard in zijn hoger beroep. Het opmaken van het proces-verbaal van de terechtzitting kon achterwege worden gelaten. De omstandigheid dat eerst na geruime tijd het opmaken van het proces-verbaal ter zitting diende te geschieden op grond van de verplichting het mondelinge arrest aan te tekenen in het proces-verbaal van de zitting en dat het proces-verbaal bij ontstentenis van de raadsheer die over de zaak heeft geoordeeld niet meer, overeenkomstig artikel 327 Sv kon worden vastgesteld en ondertekend, hoeft niet tot nietigheid van het onderzoek ter terechtzitting en de uitspraak te leiden.
Vaststellen witwassen. Het verwerven en voorhanden hebben van geld afkomstig uit eigen misdrijf (drugshandel) betekent niet onmiddellijk een gedraging kennelijk gericht op het daadwerkelijk verhullen of verbergen van de criminele herkomst van dat geld (SR 2013-0273)
Verdachte is veroordeeld door het Hof voor het verwerven en voorhanden hebben van een geldbedrag op 17 februari 2010 te Rotterdam. Dat geld is blijkens het arrest van het Hof afkomstig uit een door de verdachte zelf begaan misdrijf. Vooropgesteld wordt dat een verdachte kan worden veroordeeld voor het (schuld)witwassen van een door hem zelf begaan misdrijf. De gedraging van de verdachte moet zijn gericht op het veiligstellen van zijn criminele opbrengsten. Indien vaststaat dat het enkele voorhanden hebben van een voorwerp dat afkomstig is uit een door hemzelf begaan misdrijf, niet heeft bijgedragen aan het verbergen of verhullen van de criminele herkomst van het voorwerp dan kan de gedraging niet als (schuld)witwassen worden gekwalificeerd. Zo wordt voorkomen dat een verdachte die een bepaald misdrijf heeft begaan en het door dat misdrijf verkregen voorwerp onder zich heeft, zich automatisch schuldig maakt aan (schuld)witwassen van die voorwerpen. De gedraging dient meer te omvatten. Het verwerven en voorhanden hebben van geld, dat hij op zak had en op verschillende plaatsen in zijn huis bewaarde, dat afkomstig is uit drugshandel is niet voldoende om te een bewezenverklaring van witwassen te komen.
SR Poll
90% was het eens met de stelling: ‘Het onderzoeken van de uitspraak van de heren Lubbers en van Agt over de aanwezigheid van Amerikaanse kernraketten in Nederland is een zinloze tijdsverspilling.’
De nieuwe stelling luidt: ‘Het buiten vervolging stellen door het Hof Den Haag van een van ‘grooming’ verdachte man in verband met de inzet van een volwassen opsporingsambtenaar als pedolokker is terecht.’ Breng hier uw stem uit.
SR Updates Talk 4
Graag wijs ik u op de SR Updates Talk van 12 september 2013, verzorgd door mr. J.H.J. Verbaan waarin hij de actuele jurisprudentie bespreekt. Klik hier voor meer informatie.
Weinig tijd maar toch up to date blijven?
Volg de online jurisprudentiebespreking Strafrecht, incl. PO-punten.
In één uur tijd en op hoog niveau wordt u elke 6 weken door prof. Hans de Doelder of mr. Joost Verbaan bijgepraat over de laatste ontwikkelingen binnen het strafrecht.
U kunt daarbij denken aan jurisprudentie, wetsvoorstellen of belangwekkende tijdschriftartikelen.
Data: 12-9; 31-10; 12-12
Tijd: 17:00 tot 18:00 uur
Kosten: € 69 excl. btw per sessie (1 PO-punt)
Meer informatie en inschrijven
www.lawatweb.nl
Inzenden rechtspraak
Steeds vaker ontvangen wij van abonnees unieke rechtspraak. Dank daarvoor! Beschikt u ook over nog niet gepubliceerde rechtspraak, klik dan hier om uw uitspraak in te zenden.
Hoge Raad
- Hoge Raad Beklag, beslag en het verschoningsrecht van een notaris. De Rechtbank was volgens de Hoge Raad niet gehouden nader te motiveren waarom kennisneming van alle inbeslaggenomen documenten met het oog op de waarheidsvinding dringend geboden is. 18-06-2013
- Hoge Raad Het kennelijke oordeel van het Hof dat op grond van het faxbericht van de raadsman kan worden aangenomen dat deze ervan heeft afgezien op de hem bekende zitting te verschijnen, is niet onbegrijpelijk, en het Hof was niet gehouden tot een nader onderzoek naar de afwezigheid van de raadsman. 18-06-2013
- Hoge Raad In casu behoeft de omstandigheid dat het proces-verbaal bij ontstentenis van de raadsheer die over de zaak heeft geoordeeld niet meer overeenkomstig artikel 327 Sv door deze kon worden vastgesteld en ondertekend, niet tot nietigheid van het onderzoek ter terechtzitting en de naar aanleiding daarvan gegeven uitspraak te leiden. 18-06-2013
- Hoge Raad De opvatting dat bij een voorwaardelijke veroordeling van een jeugdige verdachte een proeftijd van maximaal zes maanden mag worden gesteld, indien en voor zover aan die veroordeling een bijzondere voorwaarde wordt verbonden, kan in haar algemeenheid noch aan de tekst van artikel 77x (oud) Sr, noch aan de in voormeld arrest weergegeven wetsgeschiedenis worden ontleend. 18-06-2013
- Hoge Raad Motiveringseis ten aanzien van verwerven van voorwerpen afkomstig uit eigen misdrijf. In casu kan uit de motivering van het Hof niet worden afgeleid dat sprake is van meer dan het enkele verwerven en voorhanden hebben van het door eigen misdrijf verkregen geldbedrag doordat de gedragingen van verdachte ook (kennelijk) gericht zijn geweest op het daadwerkelijk verbergen of verhullen van de criminele herkomst van dat geldbedrag. 18-06-2013
- Hoge Raad De Rechtbank heeft volgens de Advocaat-Generaal niet vastgesteld dat onder klaagster beslag is gelegd op de voet van artikel 94 of artikel 94a Sv met het oog op door haar wederrechtelijk verkregen voordeel. Een dergelijk beslag is in de onderhavige procedure dan ook niet aan de orde. De Hoge Raad doet de zaak af op dezelfde gronden als in de conclusie van de Advocaat-Generaal vermeld. 18-06-2013
- Hoge Raad De opvatting dat de rechter die in een door het OM ingesteld beroep over een bezwaarschrift tegen de dagvaarding heeft te beslissen alleen de inhoud van het aan de eerste rechter ter beschikking gestelde dossier in zijn oordeel mag betrekken, en derhalve geen acht mag slaan op processtukken die het OM na het instellen van zijn beroep heeft overgelegd, vindt geen steun in het recht. 18-06-2013
- Hoge Raad Het oordeel van de Rechtbank dat klaagster niet als belanghebbende van het inbeslaggenomen (bij de auto behorende) kentekenbewijs kan worden aangemerkt is zonder nadere motivering niet begrijpelijk. Ook degene die een persoonlijk recht heeft op teruggave van het inbeslaggenomen goed kan worden aangemerkt als belanghebbende in de zin van artikel 552a Sv. 18-06-2013
- Hoge Raad Aan ’s Hofs bewijsvoering kan niet worden ontleend dat het de betrokkene is geweest die het door het Hof geschatte bedrag aan wederrechtelijk verkregen voordeel op de locatie te X heeft genoten. 18-06-2013
- Hoge Raad ’s Hofs kennelijke oordeel dat de bedrijfskosten van betrokkene gedurende het ‘boekjaar 2001-2002’ kunnen worden toegerekend aan zowel de legale als illegale bedrijfsactiviteiten en dat in het ‘resultaat voor belastingen’ over genoemd boekjaar de voor de illegale productie gemaakte kosten zijn verdisconteerd geeft niet blijk van een onjuiste rechtsopvatting en is ook zonder nadere motivering niet onbegrijpelijk. 18-06-2013
- Hoge Raad Profijtontneming. In mindering brengen van aan benadeelde derden in rechte toegekende vorderingen. In casu kan aftrek van de vordering van de benadeelde partij slechts plaatsvinden tot maximaal het bedrag van het daarmee corresponderend voordeel voor de betrokkene. 18-06-2013
- Hoge Raad De Hoge Raad herhaalt relevante overwegingen uit HR 13 maart 2007, LJN AZ6694, NJ 2007/170 met betrekking tot het aanwenden van een rechtsmiddel door verdachte te wiens laste een rechterlijke beslissing is gewezen waarin hij op andere wijze dan bij name is aangeduid. In casu doet een dergelijk geval zich niet voor, nu het hoger beroep niet is ingesteld tegen een vonnis waarin verdachte op andere wijze dan bij name is aangeduid. 18-06-2013
- Hoge Raad Nu uit de bestreden uitspraak volgt dat de personalia van de getuige wiens verklaring het Hof tot bewijs heeft gebezigd, bij de politie en de Rechter-Commissaris bekend waren is geen sprake van 'een persoon wiens identiteit niet blijkt' als bedoeld in artikel 344a, derde lid, Sv. 18-06-2013